De familie Vogel heeft meer dan een eeuw theatergeschiedenis gemaakt. Deze gloedvolle biografie beschrijft een uitzonderlijke, flamboyante familie, tegen de achtergrond van de dramatische gebeurtenissen van de twintigste eeuw: de beurskrach van 1929, de Tweede Wereldoorlog en de culturele revolutie van 1968-69. Afkomstig uit een geslacht van vier generaties militairen, was Albert Vogel senior de eerste die de planken opging. Met zijn voordrachtskunst reisde hij de wereld rond, in drie verschillende talen. Hij was volledig autodidact. Zijn vrouw trad op onder de artiestennaam Ellen Vareno. Het echtpaar had drie kinderen: Tanja, Ellen en Albert, die na de vroege dood van hun vader respectievelijk naam maakten als balletdanseres, actrice en voordrachtskunstenaar. Tanja leidde van 1955 tot 1985 een balletschool. Ellen werd de Grande Dame van het Nederlandse toneel. Albert Vogel junior werd vooral bekend door zijn voordrachten 'Van en over Couperus'. Het boek is fraai geïllustreerd met
