'Dokter Blackwell werd van haar stuk gebracht door de pijnlijke blik die op het gezicht van rechercheur Madden verscheen. Haar nieuwsgierigheid was al eerder geprikkeld. Ze had zich verbaasd over deze woest-uitziende man in wiens ogen de sporen van de loopgraven waren achtergebleven.' Het is 1921 wanneer de jonge Billy Styles op het punt staat aan den lijve te ondervinden hoe vreselijk weerzinwekkend het leven van een politieagent kan zijn: Kolonel Fletcher, zijn vrouw Lucy en twee personeelsleden worden in hun herenhuis op het wijd uitgestrekte platteland van Surrey doodgestoken. Het plaatselijke politiekorps is ervan overtuigd dat het gaat om een gewelddadige roofoverval, maar Billy's chef, de door Scotland Yard gestuurde rechercheur John Madden, heeft een heel andere kijk op de zaak. Met de verschrikkingen van de Eerste Wereldoorlog nog vers in zijn geheugen weet hij tot welke krankzinnigheid de mens in staat is. Hij is er zeker van dat deze misdaad is gepleegd door een psychopaat
