Ilir, de hoofdpersoon van de roman 'Kosova: Een schreeuw van Ilir' vlucht voor het geweld in Kosova en komt in Nederland terecht. Hier hoopt hij dat de liefde voor een Nederlands meisje en het westerse Paradijs zijn angst zal verminderen. Hij komt in een omgeving terecht waar de vervreemding van de mens al lang toegeslagen heeft. Ilir ziet om zich heen een wereld vol eenzaamheid, criminaliteit en een tweedeling tussen Nederlanders en allochtonen. Hij wordt steeds meer en meer geconfronteerd met de verschrikkingen die in Kosova plaatsvinden. In Kosova, waar de werkelijkheid niet meer uit de werkelijkheid zelf te bedenken valt. Kritische denkt Ilir na over alles wat hij meemaakt. Hij heeft hierbij een referentiekader: de kennis van filosofen, dichters en verassend, de eeuwenoude cultuur van het Albanese volk, afkomstig van de Illyriërs, het oudste volk van de Balkan.
