Ceylon, in de jaren veertig van de vorige eeuw. De gegoede Grace De Silva is erfgename van verschillende theeplantages, maar haar man Aloysius, bon vivant die wel van een borrel houdt, heeft een groot deel van de bezittingen vergokt. Hun huwelijk wordt er niet beter op en ook hun vijf kinderen ondervinden de gevolgen van het afbrokkelende bezit. Hun oudste zoon Jacob wil niets liever dan naar Engeland vertrekken. De knappe Thornton droomt ervan dichter te zijn, en Alicia wil concertpianiste worden. Alleen Frieda lijkt zonder ambitie, haar wens is om de familie bij elkaar te houden. Maar er heerst opstand in Ceylon en Christopher, de jongste zoon en de rebel van het gezin, raakt betrokken bij de onlusten.De etnische conflicten en het geweld nemen toe en Grace moet hulpeloos toezien hoe haar mooie leven in stukken uiteenvalt. Ook haar gezin kan ze niet bij elkaar houden, een voor een vertrekken vier van haar kinderen naar Londen om een nieuw leven op te bouwen. 'Een goed geschreven
