Eugen Drewermann presenteert - in dit boek gedachten van meditatieve aard, die zijn gebaseerd op zijn alledaagse ervaringen met mensen. Hij vertelt over de lange weg die de mens naar zichzelf moet afleggen, over de angst, die gevoelens van minderwaardigheid met zich meebrengt, en over het geluk dat mensen ten deel valt als er onvoorwaardelijk een liefdevol vertrouwen in hen wordt gesteld. De menselijke mechanismen van goed en kwaad en van angst en geluk zijn volgens Drewermann op een dichterlijke wijze verwoord in bijbelse beelden en personen. Deze beelden en personen koppelt de auteur op een originele en eigenzinnige wijze aan zijn theologische en therapeutische inzichten. In begrijpelijke en poëtische taal beschrijft Drewermann de fundamentele ervaringen van ons bestaan, en hij geeft aan hoe we die ervaringen zo kunnen duiden dat ons leven werkelijk vervuld wordt. De meditaties laten zien dat 'wat ons toekomt' ons toekomst geeft.
