Gerrit Achterberg (1905-1962) behoort tot de grootste Nederlandse dichters van de twintigste eeuw. Zijn Verzamelde gedichten werden tussen 1963 en 2004 dertien maal herdrukt. Verschillende bloemlezingen uit zijn werk, waaronder Paul Rodenko's Voorbij de laatste stad, vonden meer dan honderdduizend lezers. Een brede stroom commentaren en interpretaties duidt erop dat Achterbergs poëzie door de jaren heen vitaal is gebleven. Steeds weer weet dit werk nieuwe lezers te boeien.Een eeuw na Achterbergs geboorte ziet nu een nieuwe, tweedelige uitgave het licht: Alle gedichten. In deel 1 staan de gedichten die Achterberg zelf aan het eind van zijn leven heeft verzameld, in de laatste door hemzelf vastgestelde versie. Deel 2 bevat al het overige werk: het jeugdwerk, de verspreid gepubliceerde maar nooit gebundelde gedichten, de in portefeuille gehouden bundel Blauwzuur en de teksten die op Achterbergs werktafel lagen na zijn overlijden in 1962. Sommige bestaan uit slechts één, fascinerende