Wat blijft is de weide waarinhun kleine bazuinen ten hemel geheven,blinkend, geel en veel,de boterbloemen staan. Wat blijftis de wind op de grasharp spelend.Onder het dorre blad van de dovenetel,in windsels als een mummie, de mugmeedeinend in de flard van een web.Wat blijft is wolkenherders hemellicht,het boekroet van alle benul. - Tot in je goudzwijgen verbabeldjij die uit de onzee komt.