Als de jonge Asicius vanwege een beschamende daad door zijn vader uit het ouderlijk huis verbannen wordt, vertrekt hij naar Rome. Hij krijgt er de verkeerde vrienden en leidt een liederlijk bestaan vol drank en geweld. Zijn ontmoeting met Caelius en aanstelling tot diens persoonlijk secretaris, lijkt een rustiger periode in te leiden. Maar langzamerhand raakt Asicius verstrikt in een web van samenzweringen en politieke intriges, die hem uiteindelijk brengen tot de moord op een hoogwaardigheidsbekleder waarvoor hij terecht moet staan. Tot ieders verrassing neemt Cicero de verdediging van deze zaak, die al bij voorbaat verloren lijkt te zijn, op zich. Het wordt een van de wonderlijkste rechtszaken van zijn tijd. In Asicius, de beklaagde weet Adelheid van Beuningen, net als in haar debuut Terentia, met de haar kenmerkende historische precisie het oude Rome op te roepen en vorm te geven. Daarbij is het een spannend verhaal over een jongeman die voor het ongeluk geboren lijkt.
