Beertje Bonzibor zit op zijn houten vlot, midden op de grote zee. Hij kijkt op de zeekaart die hij zelf getekend heeft. Zijn grootmoeder vertelt altijd over een eiland dat ver weg in zee ligt. Een heel bijzonder eiland. En daar wil Beertje Bonzibor naar toe. Maar dan krijgt hij honger en komt er een storm, en van wie zijn al die stemmen...?