Wanneer een bejaarde man wordt vermoord in de haveloze joodse wijk van Istanbul, lijken er racistische motieven ten grondslag te liggen aan de misdaad. Maar inspecteur Çetin Ikmen is er de man niet naar om zich neer te leggen bij voor de hand liggende conclusies. Op basis van het bewijsmateriaal valt de verdenking op Robert Cornelius, een leraar Engels, en op Reinhold Smits, een zakenman van wie bekend is dat hij er nazi-sympathieën op na houdt. Maar het adresboekje van de vermoorde man onthult nog een ander die met de moord in verband kan worden gebracht: een negentigjarige Russische emigrante die decennialang vanuit haar ziekbed haar familie heeft bestierd, en die meent een geheim te kennen dat het leven van een oude man waard is.
