De families die tijdens de Tweede Wereldoorlog in het wereldberoemde Achterhuis ondergedoken zaten, werden van buitenaf ondersteund door een aantal helpers. Een van die helpers was Bep Voskuijl, een jonge kantoorbediende. Hoewel Anne in haar dagboek aangeeft zeer op Bep (Elli Vossen) gesteld te zijn, is haar rol in de geschiedenis onderbelicht gebleven - tot nu. De jonge Belg Jeroen De Bruyn raakte gefascineerd door deze veelal stille, zwijgende helper en is in haar levensgeschiedenis gedoken. Met Joop van Wijk, de zoon van Bep Voskuijl, is dit belangwekkende boek tot stand gekomen. Het toont aan de hand van nieuwe getuigen en bronnenonderzoek onder meer hoe Bep met haar vader Johan Voskuijl, de maker van de boekenkast, en met de andere helpers dag na dag instond voor de veiligheid van de onderduikers en hoe de krankzinnige oorlog haar leven nog decennialang beïnvloedde. Jeroen De Bruyn (1993) schreef voor Knack en de Gazet van Antwerpen en werkt bij die laatste krant als
