Essers, die werd geboren in Kraksäan (Nederlands Indië), kreeg zijn opleiding o.a. op het Royal College of Arts in Londen (1912-1914). Daarna legde hij zich toe op het maken van grafiek, vooral houtsnedes, waarmee hij al gauw de aandacht van kunstcritici en verzamelaars trok. In 1919 vestigde hij zich in het kunstenaarsdorp Bergen, waar hij bevriend raakte met verscheidene collega’s. Vanuit Bergen maakte hij diverse reizen naar Frankrijk en Italië (waar hij in 1921/22 bijna een half jaar verbleef). Ondertussen exposeerde hij zijn prenten met succes in binnen- en buitenland, terwijl hij ook diverse opdrachten uitvoerde voor illustraties en omslagen (onder andere voor boeken van Arthur van Schendel en Adriaan Roland Holst en voor het tijdschrift ‘Wendingen’). In de loop van de jaren ‘30 legde hij zich steeds meer toe op het maken van penseeltekeningen in inkt. In 1943 werd Bergen door de Duitsers geëvacueerd en werd Essers gedwongen zijn