Het derde deel van het BIOGRAFISCH WOORDENBOEK GELDERLAND telt net als de voorgaande delen een reeks korte biografieën van (overleden) personen die op enigerlei wijze van belang zijn geweest voor de Gelderse geschiedenis. Anders dan voorheen richt de aandacht zich ditmaal geheel op de negentiende en twintigste eeuw, een periode die tot nu toe in de historiografie van Gelderland sterk onderbelicht is gebleven. Het resultaat is een boeiende collectie portretten van uiteenlopende persoonlijkheden als de schilder Dick Ket, de 'selfkicker' Johnny van Doorn, de bijna vergeten schrijfsters Frauck en Johanna Engelberts, de legendarische doelman Just Göbel en de sekteleidster Jannetje Hootsen. Gezamenlijk bieden de levensbeschrijvingen een verrassend beeld van de jongste twee eeuwen van de Gelderse geschiedenis. Alle biografieën zijn voorzien van een illustratie en een beknopte opgave van literatuur en bronnen.
