Henna had haar man gevangen in een web van leugens, die even verfijnd en schaamteloos waren als de gouden borduursels op de rode sari waarin ze getrouwd was. Henna Rub, een bijdehante maar onhandelbare tiener, heeft begin jaren '50 in Calcutta de rijke, romantische Ricky Karim weten te strikken met bedrog en leugens om bestwil. Ricky denkt dat hij de huwelijksnacht gaat doorbrengen met een belezen en sportieve zielsverwante en groot is dan ook zijn afschuw als hij erachter komt dat zijn bruid veel te jong blijkt te zijn en bovendien lui, analfabeet en de dochter van een ritselaar. Halfslachtig accepteren Henna en Ricky hun liefdeloze verstandshuwelijk, dat de basis vormt voor een dubbelleven vol misleiding en bedrog. Hun dochter Shona houdt deze onuitgesproken familietraditie in ere, als zij er met haar geheime liefde Parvez vandoor gaat naar Londen, om terecht te komen in een appartementje boven een Indiase snoepwinkel. Er gaan nog een generatie en vele verwikkelingen overheen
