Sinds 2003 past heel haar hebben en houden in één rugzak. Die zomer vertrok Peggy Braeken namelijk naar Namibië, waar ze voor een hiv- en aidsorganisatie ging werken. Vastberaden om juist de krácht van mensen te laten zien, vertelt Peggy Braeken in Blauwe hemels over de grote en kleine mensen die in haar leven kwamen en die haar inspireerden. Ze schrijft over vochtige peuterkussen, over de rekbaarheid van een volk, over drie-in-een begrafenissen, over vliegende kakkerlakken, over de tederheid van naastenliefde waarmee mensen voor elkaar zorgen, over de pracht van het land; over het leven in al z’n puurheid en eenvoud. Blauwe hemels gaat over de realiteit van ontwikkelingswerk en op een toegankelijke, persoonlijke wijze doet Peggy Braeken uit de doeken waarom ‘een doos condooms’ het hiv- en aidsprobleem niet één-twee-drie oplost. Met passie, inzicht en humoristische observaties biedt Peggy Braeken een kijkje in haar leven. En dat maakt Blauwe hemels een boek dat iets met je