1972: Robert van de Water rijdt met zijn auto tegen een boom en overlijdt ter plekke. Het is 1997: Roy van de Water zit op een heuvel bij een grote kersenboom. Hij blikt terug op zijn leven en de verschrikkelijke gebeurtenis van een halfjaar geleden... Roy woont met zijn moeder Suzanne in Bergenveld. Zijn vader Robert is verongelukt toen Roy vier maanden oud was. In zijn kinderjaren bouwt hij een goede vriendschap op met Emma. Ook zij woont alleen met haar moeder, nadat haar vader aan kanker is overleden. Dat schept een band tussen de twee kinderen. Door zijn vaderloze jeugd wordt Roy al jong volwassen. Een oom van Roy, Harry werpt zich op als een soort surrogaat-vader waar Roy niet het niet mee eens is. Als Roy op een dag in een winkelruit kijkt, ziet hij dat er iemand anders dan hijzelf op zijn fiets zit. Tijdens een weekend in een vakantiehuisje aan het meer loopt hij bijna letterlijk tegen zijn eerste echte bovennatuurlijke ervaring op, die hij vooraf heeft gedroomd, en er ook