In het gebied tussen de rivieren IJssel en Eems is nog veel te zien van de architectuur van de traditionele burgerhuizen, hun gevels, siervormen, plattegrondstypen en interieurdetails. De verschillende architectuurstijlen vindt men in de huizen uit de periode 1400 tot 1850 terug. Toch is ook een streekeigen bouwkunst duidelijk herkenbaar. De sociale verschillen tekenen zich af in de gevelarchitectuur. Naast het driebeukige hallehuis en het eenbeukige deelhuistype ontwikkelde men voor de rijke burgerij en de patriciërs zaalhuistypes met meerdere verdiepingen, vaak diep naar achteren uitgebouwd. Een monumentale gang (in het midden of opzij) bepaalde de plattegrond van het rijkere burgerhuis tussen IJssel en Eems sinds 1530. Interessant is ook het verspreidingsgebied van de GeIders-Overijsselse renaissancegevel van baksteen, met in- en uitgezwenkte contouren, fialen en kruisvensters met glas-in-loodvullingen. In enkele musea in dit gebied (Zwolle, Vreden, Enschede, Bentheim, Lingen)