Tijdens zijn solitaire vakantie in de zak van Zuid-Beveland krijgt Stein Andriessen - bij toeval - de kans het Zeeuwse dorpscafé uit zijn jeugd te heropenen. Hij ontdekt wat voor een drama zich er heeft afgespeeld. Een drama waar hij nota bene zelf onderdeel van uitmaakt. Hij sluit vriendschap met een hond en met Leonie, de dochter van een oude jeugdliefde. De Schelde, de dijken en het dorpsleven spelen een grote rol, evenals de zure vruchten uit.
