De dichter 'confronteert' zich in deze bundel met een scala aan onderwerpen: leven en dood, kleinkinderen, psychische nood, dichterschap en geloof. Rondelen, sonnetten en kwatrijnen wisselen elkaar af: even veelvormig als het ware leven is. Sterven is aan een verre reis beginnen, zoals eeuwen terug bij tropentochten intiem afscheid werd genomen: de zinnen vol zwaarte als er zwijgend werd gevochten.