"Van een kunsteducator wordt verwacht dat hij over meerdere talenten en vaardigheden beschikt; hij is zowel kunstenaar, kunstkenner, pedagoog als didacticus. De student beeldende vakken spendeert veel van zijn studietijd aan beeldende activiteiten: het zelf maken van beeldend werk. De andere helft van zijn beroepsvoorbereiding bestaat uit theorie. Een groot deel daarvan heeft te maken met de wijze waarop de (aankomende) docent beeldonderwijs leerlingen en geĂ¯nteresseerden buiten de school leert omgaan met de rijk geschakeerde wereld van de beeldcultuur. Dit boek is een inleiding hierop. 'De basis van beeldbeschouwen' neemt een fors deel van de theorie uit de beroepsvoorbereiding onder de loep: het totale gebied van het leren zien. Het visuele alfabetisme wordt in een kader geplaatst, aspecten ervan worden onderzocht en verhelderd en er wordt een sterke didactische component aan toegevoegd. Fundamentele vragen over beelden en kunst worden zorgvuldig geanalyseerd en onomwonden