Steenvoorde, 10 augustus 1566. Banneling Sebastiaan Matte is terug in de Vlaamse Westhoek, broeinest van maatschappelijke onrust en het jonge calvinisme. Matte preekt fel tegen de rooms-katholieke kerk en overheden. Na afloop dringen toehoorders het plaatselijke Sint-Laurentiusklooster binnen en slaan alle religieuze beelden kapot. De vlam slaat in de pan: de Beeldenstorm raast door de Zuidelijke en de Noordelijke Nederlanden. De Beeldenstorm - één van de vensters in de historische canon van Nederland - markeert het begin van de Opstand tegen Spanje, uitgevochten in de Tachtigjarige Oorlog (1568-1648). Aanleiding en kader waren religieus, reactie op de meedogenloze kettervervolgingen. Er speelden ook andere motieven: economische nood en politieke frustratie. Op enkele maanden Beeldenstorm volgden zes jaar schrikbewind onder de hertog van Alva (1567-1573). Maar '1566' kwam niet uit de lucht vallen. In de Nederlanden waren al eerder vernielingen aangericht. Het door Nederlanders