Het varkentje heeft de hele zomer hard gewerkt om een voorraad voor de winter aan te leggen. Maar de beer heeft de hele zomer in het zonnetje gezeten. Als het koud wordt en gaat sneeuwen, kan hij niets meer te eten vinden. < >Hongerig klopt hij aan bij het varkentje. < >Hij moet houthakken en sneeuwruimen en dan krijgt hij een heerlijke maaltijd van haar! Want wie niet werkt zal ook niet eten...