Amsterdam, 1638. De tijd van de Reformatie. Het is ook de tijd waarin het lezen van boeken een steeds grotere rol begint te spelen. Guillaume Pradel, afkomstig uit een geslacht van boekhandelaren, drukkers en cartografen, denkt terug aan de verhalen die zijn vader en grootvader hem vroeger vertelden over de angst die er heerste voor boekdrukkunst, het verzet van de Kerk, de brandstapels. Het drukken van boeken werd gezien als een levensgevaarlijke wetenschap: wie het woord kon verspreiden, had macht. Guillaume, zelf ook boekhandelaar en cartograaf, komt in contact met astronomen en humanisten. Deze ontmoetingen én zijn onstilbare honger naar kennis en wetenschap zorgen ervoor dat zijn leven een andere wending neemt. Een lange reeks omzwervingenzal hem van Antwerpen naar Parijs, Amsterdam en zelfs naar de Nieuwe Wereld voeren. <b>De boekhandelaar van Amsterdam</b> is een reis door de tijd, een reis langs de eerste drukkershuizen van Lyon, Parijs en Antwerpen en de