Toen in februari 1996 het eerste deel van de megaroman Het Bureau verscheen, durfden schrijver en uitgever nog nauwelijks te denken aan de verschijning van het laatste deel, De dood van Maarten Koning, in 2000. Het was immers maar zeer de vraag of er voldoende lezers te vinden zouden zijn met een uithoudingsvermogen dat groot genoeg was om al die jaren te overbruggen.Nu, na ruim vier jaar, weten wij beter. De schrijver J.J. Voskuil en zijn Bureau zijn niet meer weg te denken uit de Nederlandse literatuur en hebben rages, hypes, kritische en kritiekloze bewondering, scheldkanonnades, verachting en nog veel meer teweeggebracht. Zelden zijn literatuur en werkelijkheid zo met elkaar in de knoop geraakt. Nooit is één roman zo vaak onderwerp van 'nieuws' geweest. Des te opmerkelijker omdat de schrijver zelf zeer ongaarne in het middelpunt van de mediabelangstelling staat.Voor de vele verslaafde liefhebbers betekent de verschijning van het laatste deel het einde van een tijdperk. Gelukkig