Met een koffer vol toneelkostuums van zijn opa, gaat Kees op zoek naar zijn vriend die op een dag verdwenen is. Al snel ontdekt hij dat die gevangen wordt gehouden door de koning van het land achter de bergen. Een koning die wel eens handen van kinderen afhakt en andere wreedheden begaat. Om onopgemerkt bij het paleis te komen verkleed Kees zich wel 10 keer. Hij reist vermomd als politie-agent, als clown en zelfs als beer. Hoewel hij regelmatig wordt achtervolgd, lukt het hem iedere keer te ontsnappen. Maar het paleis van de koning wordt zwaar bewaakt.