Het is druk in de engelenland. De engelen poetsen hun vleugels en wassen en borstelen hun haren. Ondertussen zingen ze vrolijke liedjes. Morgen vliegen ze naar de aarde. Allemaal, behalve Bengel. Zijn mama vindt hem nog te klein voor die lange reis. Bengel denkt daar zelf heel anders over. Hij wil ook zijn vleugels uitslaan.