Sooi Molenwieken heeft er zwaar de pest in. Door de dood van zijn opa worden al zijn vakantie- en toekomstplannen in de war gestuurd. Hij moet met zijn ouders mee naar een windmolen in een klein dorpje, misschien wel voor altijd! Maar dan wordt hij door toedoen van een oud vrouwtje dat 's nachts in zijn kamer lelijke sjaals breit, terug geslingerd in de tijd naar het Feerkevenne van 1946, het jaar waarin zijn opa twaalf was. Het ging toen helemaal niet goed met de molen. Zal Sooi zijn opa kunnen helpen? En wil hij dat eigenlijk wel?