De tweeling Ellis en Thelma Bongers lijken niet alleen als twee druppels water op elkaar, de meisjes raden ook heel vaak elkaars gedachten. Daar zijn ze tenslotte tweeling voor. Met hun klas zamelen ze oud speelgoed in voor een kindertehuis. Samen knappen ze het speelgoed op in de boerderij van Nollie Pijnappels' vader. Ze dragen allemaal geld bij in de pot en van dat geld worden de kosten van het opknappen betaalt. Op een dag is de 'brandkast' -zoals ze hun geldtrommeltje noemen- opeens leeg. Is het geld verdwenen, gestolen, geleend? Drie dagen later ligt het weer op zijn oude plaats, maar wie het gedaan heeft, weet niemand. Er zijn een paar verdachten. Is het Nollie geweest, was het Joost, Tessa, Janneke of Jaap? De schuldige komt zich tenslotte bij de tweeling melden. Hoe? Wie het is? Lees het maar!
