‘Kijk, daar komen mensen aan.’ Zo begint De optocht, waarin Tellegen alles wat zijn virtuoze pen op kan roepen, langs laat trekken. Een groots gedicht waarin alle mensen – verlorenen, gelukzaligen, onschuldigen, eenzamen, hebzuchtigen – één lange apocalyptische, betoverende stoet vormen. Een weergaloze optocht van taal en verbeeldingskracht waarin het hele leven is samengebald.