In 2001 gingen journalisten Jurrien Dekker en Bas Senstius op 'safari' door 's werelds grootste havenstad, op zoek naar de grenzen van multicultureel leven en beleid. Aangeklampt door oude en nieuwe Rotterdammers tekenden ze hun verhalen op die steevast teruggrepen op de 'rassenrellen' in de Afrikaanderwijk in Rotterdam-Zuid, in augustus 1972. 'In die moderne tijden hadden vrouwen rokkies aan die net effe wat breder waren dan mijn broeksriem. .(..) ze hoefde de straat maar door te lopen of de buitenlanders begonnen al te fluiten. (..) als ik dat hoorde zei ik: "Kom maar naar buiten. Dan zal ik je het fluiten effe afleren, dan fluit je alleen nog maar via je schedel".' De rellen schudden de bestuurders wakker. Als eerste stad van het land maakten ze werk van 'multicultureel beleid'. Al improviserende en met eindeloos relativeringsvermogen zorgden betrokken ambtenaren, wethouders en bewoners ervoor dat de rellen zich nooit meer herhaalden. Dekker en Senstius schreven een inzichtelijke