Veerle zit in de derde klas van het praktijkonderwijs. Een van haar hobby’s is naaien. Ze is vaak bij haar oma te vinden. Samen met haar maakt ze de leukste dingen. Veerle vindt het lastig om te accepteren dat ze niet zo goed is in leren als veel andere scholieren. Daarom vindt ze zichzelf een slome troela. Dat idee wordt nog versterkt door drie jongens die haar op een vervelende manier pesten. Maar als ze werkelijk zo stom is, waarom kijkt Brent dan steeds zo belangstellend naar haar? Wanneer alle derdeklassers een nieuwe stageplek krijgen, wordt Veerle geplaatst in Meyers Woonwinkel. Veerle baalt hiervan. Veel liever had ze een stageplek in een kinderdagverblijf. Maar gelukkig valt haar nieuwe stageplek reuze mee. Dan gebeuren er vreemde dingen in Meyers Woonwinkel. Het lijkt wel of er steeds spulletjes verdwijnen. Wie zit er achter deze diefstal? Als Veerle ontdekt wie de dader is, wordt ze op een gemene manier onder druk gezet. Toch ontdekt ze door de gebeurtenissen heen dat
