De Soefi leringen van Inayat Khan uit de jaren twintig van de vorige eeuw dragen een boodschap uit die ook nu nog verrassend actueel is: de mens wordt in alle religies als doel van de schepping beschouwd, en dat brengt ook verantwoordelijkheid met zich mee. Verantwoordelijkheid voor het onderzoeken wat het inhoudt om mens te zijn, en verantwoordelijk te zijn voor het behoud en welzijn van de rest van de schepping. Inayat Khan beschrijft in zijn lezingen de eigenschappen van het hart, de drie levenspaden met hun ups en downs, de wensen en verlangens van de mens, de balans tussen lotsbestemming en vrije wil, de macht van het universum en de kunst van het zien. Verhalen uit verschillende religies komen aan bod, verweven met een nooit opdrogende stroom van verwijzingen naar de liefde als belangrijkste levenskracht. De prachtige metaforen werken verduidelijkend: 'naar het verleden kijken en daar je fouten zien is als het kraken van noten en er een verschrompelde kern in aantreffen'.