Jakob Holting, de zoon van schipper Holting, groeit samen met zijn zus Suze op in het 'Witte Huis' aan de zee. Maar hij moet al jong zijn moeder missen die hem de weg van zaligheid voorhield. Schipper Holting hertrouwt met een ijdele, Belgische vrouw, die samen met haar zoon Charles ook intrek neemt in het 'Witte Huis'. Na het vertrek van schipper Holting met 'De Noordstar' naar zee, geven de nieuwe bewoners zich over aan een bandeloos, zorgeloos leven vol dans en drank. Dit tot groot verdriet van Jakob en zijn zus Suze, die door Jans, de huishoudster, wordt verzorgd. Jakob heeft zijn vader beloofd Charles met rust te laten. Maar dat wordt voor hem onmogelijk als deze zijn hond dood maakt en de pop van Suze, die ze van moeder kreeg, vernielt. Met een spa slaat hij Charles neer en vlucht de zee op met de gedachte een moord op zijn geweten te hebben. Door een schoener wordt hij opgevist. Aan boord van het verwaarloosde schip heeft hij het moeilijk. Alleen met Sam, een neger die hem