In de bruisende jaren twintig kende de Duitse Weimarrepubliek een openlijk homoseksuele cultuur. Hieraan kwam een abrupt einde in 1933. In de nazi-tijd was een vermoeden van homoseksualiteit al voldoende reden voor arrestatie. Buren, collega's of passanten op straat deden maar al te gretig aangifte. Naar schatting 100.000 mannen werden gearresteerd; de helft hiervan belandde in de gevangenis. 10.000 tot 15.000 van deze mannen werden na tuchthuisstraf gedeporteerd naar concentratiekampen. Tot hun grote teleurstelling werden homoseksuele vervolgden na 1945 niet erkend als slachtoffers van het nazi-regime. In West-Duitsland bleef de nazistische wetgeving tegen homoseksualiteit van kracht tot eind jaren zestig. Nog altijd komtde nazi-vervolging van homoseksuelen nauwelijks aan bod in schoolboeken, standaardwerken en herinneringscentra van vroeger nazi-kampen. De analyse van de nazi-houding tegenover homoseksualiteit hoort echter onlosmakelijk deel uit te maken van onderzoek naar het