Een verlangen naar ontroostbaarheid bevat twaalf essays over wezenlijke onderwerpen als leven en dood, kunst, schrijven, spreken en lezen, over 'de kleur van klanken', over 'fictie' in de literatuur en 'het dagboek en de dood'. Wittgenstein is een van de telkens terugkerende namen, Freud een andere; Friedrich Nietzsche is de vrijwel onzichtbare toeschouwer. Zoals Herman de Coninck schrijft in het Nieuw Wereldtijdschrift: 'Patricia de Martelaere is de enige filosofe in dit taalgebied die van filosofie niet alleen iets onacademisch, iets begrijpelijks, maar ook iets aangrijpends kan maken. Denken is een ramp. De essays van De Martelaere zijn rampenplannen.'