Nu zijn grootvader, een alcoholist, is overleden, staat niets Billy Mann meer in de weg om zijn geheime droom na te jagen - zijn moeder te vinden, die hem als baby in de steek liet. Billy, inmiddels twintig jaar oud, vertrekt op zijn geliefde Kawasaki naar Santa Fe, New Mexico, zogenaamd om naar St. James' College te gaan. Maar in zijn zadeltas heeft hij een oude, verfomfaaide brief met een ezelsoor, waarin de laatst bekende verblijfplaats van Eliza 'Sky' McMeel staat, de vrouw van wie zo goed als zeker vaststaat dat ze zijn moeder is. Billy verblijft lang genoeg op de campus van St. James om er een merkwaardige nieuwe vriend te maken, maar haakt uiteindelijk af om aan zijn speurtocht te beginnen. Rasverteller William Kowalski maakt in Ergens in het Zuiden gebruik van de wonderlijke beelden en de rijke lyriek die ook zijn debuut kenmerken. Kowalski weet Billy's pijnlijke en ongewisse zoektocht er levendig mee te verbeelden, evenals de opwindende entourage die Billy gaandeweg omgeeft.