Falco Meurs en Willeke Vonck lijken voor elkaar geschapen. Daarvan is althans iedereen overtuigd. Ze trouwen dan ook in de roes van hun geluk en doen hun uiterste best hun dromen waar te maken. Ze houden immers van elkaar. Maar de omstandigheden veranderen: Willeke krijgt een goede baan, met leuke collega's, terwijl Falco nog steeds moeite heeft met lezen en schrijven. Hij rolt van het ene baantje in het andere en zit uiteindelijk werkloos thuis. Verschillende gebeurtenissen zorgen voor verwijten over en weer en misverstanden dreigen de twee jonge mensen uit elkaar te drijven. Op den duur lijkt hun samenzijn meer op een stil gevecht, waarin ze elk voor zich hun onschuld willen bewijzen. De dromen en beloften worden vergeten. Dan komt de verbijsterende ommekeer. Tegelijkertijd is er het besef dat de liefde niemand iets kwalijk neemt. Alles lijkt verloren, maar toch blijkt uiteindelijk dat de liefde altijd stand houdt!
