Gedurende zijn hele lange leven was Constantijn Huygens (1596-1687) mateloos gefascineerd door de natuurwetenschap. Het was een ongehoord spannende tijd, waarin nieuwe instrumenten als de telescoop en de microscoop werden geïntroduceerd, en waarin tal van spectaculaire ontdekkingen werden gedaan. In 1632 raakte Huygens bevriend met een filosoof die een hoofdrol zou gaan spelen in de `Wetenschappelijke Revolutie¿ van de zeventiende eeuw: René Descartes (1596-1650). Het was Constantijn die de Fransman aanmoedigde zijn natuurfilosofische geschriften te publiceren (waaronder het beroemde Discours de la méthode). Hierin werd een revolutionair nieuw wereldbeeld ontvouwd, dat pretendeerde een alternatief te bieden voor het oude, afgeleefde stelsel van Aristoteles. Descartes¿ werk zou in de Republiek een enorme invloed uitoefenen, onder anderen op Huygens¿ zoon Christiaan. Toch was vader Huygens geen kritiekloze navolger van Descartes. De cartesiaanse wereld was in principe een