Nederland kent een rijke traditie van papierknippen. De oudste knipsels stammen uit de zestiende eeuw, toen alleen de gegoede stand over papier, mes en schaar beschikte. De knippers beeldden de eigen omgeving uit, een bijbelverhaal, de namen van een bruidspaar of een jachttafereel, variërend van klein priegelwerk tot gigantische gedenkstukken. Van de duizenden knipsels die in de loop der tijden gemaakt zijn, is door de tand des tijds weinig overgebleven. Men was dan ook bijna vergeten dat de `schaarkunst' bij uitstek in Nederland een bloeiende kunstnijverheid, liefhebberij of broodwinning was. Ondanks onze lange traditie werd er in de eerste helft van de 20ste eeuw nauwelijks meer geknipt in ons land. De kunstvorm leek tot uitsterven gedoemd. Aangezien er nauwelijks literatuur beschikbaar was over oud Nederlands knipwerk, startte verzamelaar/restaurateur/knipster Joke Verhave samen met haar echtgenoot Jan Peter een onderzoek naar de achtergronden van de makers, ontvangers en