Nog nooit was Zeeland zo gedecentraliseerd bestuurd als kort na 1850. Nieuwe wetten van Thorbecke gaven gemeenten en lokale (boeren)elites het volle bestuurlijke pond. Tot aan de herindelingen omstreeks 1960 bepaalde deze decentrale structuur het bestuurlijke aanzicht. Vooral tussen 1912 en 1938 speelde hier de verhouding tussen boeren en landarbeiders. Nog tot in de jaren vijftig waren de echo's van de sociale kwestie te horen in de gemeentepolitiek. Grote veranderingen kwamen na de Watersnoodramp. Herverkaveling, de uitvoering van het Deltaplan, het samenvoegen van polderbesturen. Zeeland werd beter bereikbaar, maar ook op eigen kracht bereikte men veel. De Zeelandbrug was een initiatief van het provinciebestuur. Het toerisme profiteerde van de al bestaande oost-west verbindingen. Ook op cultureel gebied gebeurde er van alles. Geschiedenis van Zeeland 4 laat zien dat er heel wat vooraf ging aan Dragonfly, Racoon en Bløf. Zie ook de overige delen uit de reeks: Geschiedenis van