In Gestuite vlucht voert Johan de Boose een stoet individuen ten tonele die het slachtoffer worden van hun eigen bevlogenheid. De vlucht die zij nemen wordt op een afwisselend groteske en ironische manier gestuit door de beperkingen van hun lichaam of door de verwoestende grootsheid van hun dromen. Zij willen vliegen, maar zijn vleugellam. Zij willen vluchten, maar lopen recht in de armen van het lot waaraan ze hoopten te ontsnappen.