De tentoonstelling, die gericht is op de fresco's van Giotto (ca 1266 - ca 1337) en de beroemde kapel van de Scrovegni, brengt ons in de sfeer van Padua en van de eerste Italiaanse Renaissance. De bezoeker dringt binnen in een volledig gereconstrueerde kapel, op een schaal van 1:4, en wordt overweldigd door de fresco's van de kunstenaar, die in registers verdeeld zijn over de hele muuroppervlakte. Andere werken van Giotto, zoals de uitzonderlijke paneelschildering van de Eeuwige vader en enkele fragmenten van fresco's, vormen de kern van de tentoonstelling. Ze worden omringd door werken van zijn leerlingen en navolgers Pietro en Giuliano da Rimini, Guariento, Nicol? Semitecolo, Giusto Menabuoi, Jacopo Avanzi, Altichieri da Zevio, Jacopo da Verona, Cennino Cennini. De werken zijn voor een groot deel afkomstig uit de stedelijke collecties van Padua en tonen duidelijk aan hoezeer de kunstenaar de weg effende naar de Renaissance. De ruimte van de voorstelling wordt uitgediept, er komt
