In een tijd waarin religie ter discussie wordt gesteld, kan deze dichtbundel dienen als aanknooppunt voor de manier waarop men geloof en geloofservaringen in het heden en in het verleden kan verwoorden en beleven. In de gedichten worden op treffende en gebalanceerde wijze vergelijkingen gemaakt en beide tijdgeesten onder kritiek gesteld. Ook al bevatten veel van de gedichten passages van angst, woede en teleurstelling, nergens raken hoop en vertrouwen uit zicht. Niet alleen voor theologen en godzoekers, maar voor iedereen die over een soepele, lenige geest beschikt.