Ween is een teruggetrokken, stille jongen. Hij woont bij zijn moeder, zijn vader heeft hij nooit gekend. Ween mist hem enorm. Zeker nu hij straks, met Halloween, tien wordt, en het het zoveelste verjaardagsfeest zal zijn zonder pappa. Het liefst zit hij op zolder; hij kan uren snuffelen tussen de spullen die zijn vader ooit van zijn verre reizen meebracht. Op de avond van Halloween trekt hij opnieuw naar de zolder met een uitgeholde pompoen met kaarsjes erin. Het begin van een adembenemend avontuur...
