De aandacht voor seksueel misbruik van kinderen en jeugdigen is de laatste jaren sterk toegenomen. Herhaaldelijk staan gevallen van seksueel misbruik uitgebreid in de publieke belangstelling. Daarbij wisselt het accent. Er is morele verontwaardiging over het feit dat een kind of jongere slachtoffer geworden is van seksueel misbruik. Maar er is ook scepsis over het waarheidsgehalte van de beschuldigingen aan het adres van de mogelijke plegers. Tevens staat de deskundigheid van de onderzoekers en/of de validiteit van het onderzoek regelmatig ter discussie. Pedagogen, psychologen en medici verrichten diagnostisch onderzoek van kinderen en jeugdigen. Deze beroepsbeoefenaren krijgen te maken met (vermoeden van) seksueel misbruik. Voor het zorgvuldig en eenduidig handelen bij een vermoeden van seksueel misbruik zijn zowel deskundigheid als richtlijnen noodzakelijk. Handelen bij vermoeden van seksueel misbruik van kinderen en jeugdigen geeft richtlijnen voor beroepsbeoefenaren, uitgaande van