1974. In Antwerpen wordt Louis van Dooren geboren als enige zoon in een familie van “nouveaux riches”. Hij groeit op in een gespleten wereld. Tussen een energieke vader en een afwezige moeder. Tussen hoge verwachtingen in hem als enige erfgenaam van de firma en zijn dromerige sympathieën voor het werkvolk. Zijn zoektocht naar de ideale vrouw en naar zijn eigen identiteit midden het decor van de haven van Antwerpen dompelen de lezer onder in de wereld van de “lost generation” in de beginjaren 90.