Eten is geven, eten is delen. Eten is ook verlangen: hoe ik in de winter verlangde naar de eerste aardbei. Een ongeduldig wachten tot ik het eerste bosuitje of jonge knoflook uit de tuin mocht plukken. De sensatie bij dat eerste proeven na lange afwezigheid: een witte boterham met dikke boter, een eitje erop, verkruimelde witte schapenkaas en daar bovenop het fijngesneden bosuitje. Nog beter: zomaar een hap van de boterham links en een bijt uit het uitje rechts.De zomers in Macedonië duurden eindeloos. Vaak logeerde ik dan bij mijn tantes. Mijn moeder heeft vier zussen en mijn vader twee. Dat waren dus veel logeerpartijtjes. Als ik bij hun was deden zij allemaal hun best om het mij naar de zin te maken, me te vertroetelen en verwennen. En hoe deden zij dat? Zij deden dat, onder meer met hun eten, en ongewild hebben zij allemaal hun stempel op mijn smaakontwikkeling gedrukt.In dit boek heb ik de herinneringen uit mijn kinderjaren vastgelegd en gekoppeld aan bepaalde gerechten uit