Boksers en voetballers lopen veel risico op blijvende schade aan hun brein; een risico dat aanzienlijk groter wordt wanneer er opeenvolgend hersenletsel plaatsvindt (zoals bij Muhammad Ali). In dit boek worden niet alleen de gevaren besproken, maar komt ook de mogelijke preventie aan bod. Daarnaast is er ruimschoots aandacht voor de wijze waarop nek- en hersenletselpatiënten (ook niet-sporters) met de restverschijnselen kunnen omgaan. De auteur bespreekt een vorm van revalidatie, waarin elementen uit de topsport voorkomen. Ook mensen met ‘moderne ziekten’ als ME, fybromyalgie en het burn-outsyndroom, blijken baat te hebben bij dezelfde behandeling. Verder laat Matser de lezer op verschillende manieren kennismaken met zijn vakgebied. Hij schrijft onder meer over het ontstaan van de neuropsychologie aan het eind van de negentiende eeuw; over het baanbrekende werk van Muriel Lezak, en over Matsers eigen leerschool: hoe hij in het buitenland geconfronteerd werd met en