'Kan een mens smelten?' vraagt Martje. 'Ik geloof het niet,' zegt Wim. 'Ik geloof het wel,' zegt Adri. 'Kijk.' Hij laat zijn hand zien. Die is nat. 'Ik ben aan het smelten.' Het is heel warm. Wim, Adri en Martje kunnen niet bewegen van de warmte. Tot ze ballast mogen zijn op de boot van Adri's oom. Als zij achterop gaan zitten, komt de boot beter in het water te liggen. De oom van Adri heeft een heleboek spullen bij zijn huis langs de vaart: oude vrachtauto's, een hijskraan en een caravan. Wat zou het leuk zijn als ze een weekje mochten slapen in die caravan!