In de poëzie van Hans Mirck draait alles om balans - tussen klassieke versvormen en vrij vers, tussen ernst en spot, tussen experiment en emotie, tussen filosofie en muzikaliteit. Mirck biedt in zijn debuut onder meer een scala aan zelfportretten die over anderen gaan, een duet voor twee readymades, een visbegrafenis, gesprekken met postbodes en een complete kruisweg. In het geluk weet niets van mij gaan absurde humor en roerende eerlijkheid hand in hand.